In die tijd experimenteerde ik al met de stroombekabeling door belden kabel en VD draad te twisten d.m.v een boormachine en deze in te pakken met zilverfolie die wel of niet liggend aan massa opmerkelijke verschillen lieten horen.
Ook zijn er in deze tijd nog wat Monster M1000 in MKII en MKIII versies voorbij gekomen die hun verbinding vonden tussen de diverse apparaten.
Met deze configuratie een tijd zo gedraaid totdat we gingen verhuizen naar een andere woning waar de akoestiek werkelijk drama bleek.
Zelfs gewoon tegen elkaar praten was al moeilijk te verstaan en het gezegde dat de akoustiek van een ruimte de klank van meest exclusieve installaties de das om kan doen klonk dan ook op slag als zeer geloofwaardig.
Al met al het beste plekje van de ruimte opgezocht en na een periode de installatie verder opgebouwd door de aanschaf van een Denon DCD-3560 EX.
Een echt zware speler met highend aspiraties en dito opbouw van loopwerk, analoge en digitale circuits ( 20 bits Burr Brown ) en voedingssecties ( dubbele voeding voor analoog en digitaal )
Echt een hele mooie speler met rotsvast geluid maar het Marantz virus stak toch weer de kop op.
De DCD-3560 weer verkocht en een Marantz CD-10 aangeschaft waar ik ondanks de lovende reviews achteraf toch niet helemaal blij van werd.
Na het royale geluidsbeeld van de Denon multibitter vond ik de ( bitstream 1 bits DAC 7 ) CD-10 ( zelfs na het aanbrengen van een AH! netkabel ( die wat warmte bracht ) wat koud en steriel aandoen.
Maar op een of andere manier ontbrak het ook aan fundament en P.R.A.T ( pace,rythm and timing ), een term die in de audiohoek vaker word gebruikt als het gewoon niet swingt en ritmisch niet klopt.
Na een poos zo door te hebben gesukkeld, mede door de goede resultaten die mijn audio collega boekte met zijn CD-11, besloten op zoek te gaan naar een Marantz CD-11 LE.
Deze werd niet lang daarna in onberispelijke staat gevonden en met de mogelijkheid mijn CD-10 in te ruilen bij deze particulier was de deal snel rond.
Ik was nu in het bezit van een heuse CD-11 LE met certificaat en deze speler had zojuist een onderhoudsbeurt genoten..... ik kon mijn geluk niet op nadat bleek dat de CD-11 zoals verwacht zeer goed klonk in mijn installatie.
Een Denon dcd 3560 EX deed zijn intrede die weer opgevolgd werd door een marantz cd10 die op zijn beurt weer opgevolgd werd door een marantz cd11 LE.
Allemaal erg mooie spelers ( vooral de cd11 )
De imposante Denon DCD-3560 EX
4x20bits burrbrown converters en gescheiden voedingen voor analoog en digitaal
Een andere grootheid, de Marantz cd11 LE
Gebouwd als een tank met het philips cdm4 swingarm mechanisme en DAC 7 (bitstream) configuratie.
De voorversterker werd een Rotel RC-995 die een waardige opvolger genoemd mag worden en na de monoblokken van Denon nog eens te voorzien van AH! AC-10 netsnoeren, werden deze vervangen door AVM-M4 pure klasse A monoblokken.
Weliswaar een klein vermogen ( 40 watt class A aan 8 en 4 ohm ) maar owzo mooi deze AVM M4 monoblokken.
Wel werden deze blokken erg warm door de klasse A schakeling maar stuurden mijn Dynaudio Audience 70 speakers die ik intussen had, zeer goed aan.
Vincent SA-91 met de gescheiden pots voor links en rechts
Hierboven een afbeelding van het binnenwerk waar te zien is dat er op een Mark Levinson achtige manier te werk is gegaan bij het ontwerpen van de Vincent SA-91.
Het gesloten middendeel herbergt de 2 ringkerntrafos.
De Rotel RC-995 kon ik verkopen aan mijn audiocollega en een Vincent SA-91 werd aangeschaft.
ook weer een zeer mooie pre door de wel zeer ver doorgevoerde scheiding van linker en rechterkanaal.
Dit zijn eigelijk 2 voorversterkers met elk hun eigen behuizing, volumepotmeter, ringkerntrafo en printplaten met in en uitgangen.
Dit hield dan ook gelijk in dat voor links en rechts apart het volume geregeld moest worden en dat bleek toen later "ondanks de goede geluidskwaliteit" een grote misser.
Speakerkabel werd Nordost red dawn vanwege de kortere betaalbare lengtes wat dan weer een voordeel is met monoblokken die direct naast de speakers staan.
De van den Huls first en second werden Nordost blue heaven en red dawn kabels en de Vincent werd gevoed door een Siltech SPX-20 netkabel.
Virtual Dynamics David, een zeer stijve kabel die "voorgevormd" geïnstalleerd dient te worden
Hoewel zeer dynamisch moest deze Virtual Dynamics David xlr het afleggen tegen een Heavensgate ultra silence xlr voor de verbinding tussen cd speler en voorversterker.
Omdat ik zeer goedkoop een bijna nieuwe set Synthese floating 1 speakers ( met Dynaudio Esotar tweeters ) kon kopen, deze aangeschaft en de Dynaudio's verkocht.
Omdat ik bekend was met de floating serie, wist ik al in grote mate met welke speaker hier van doen was.
Met de prachtige Dynaudio Esotar tweeter in zwevende ophanging en de zandgevulde kamers een prachtspeaker.
De Esotar tweeter werd destijds beschouwd als het beste verkrijgbaar en dat was ook te horen.
Een zeer mooie gelaagdheid en detaillering in combinatie met een zeer ver doorlopend laag dat bij de juiste akoestische plaatsing goed onder controle werd gehouden.
Bij een bezoek aan een hifi speciaal zaak een set Elipson-1303 aangeschaft voor 25 euro, zonder tweeters maar conussen in prima staat.
Na de marktplaatsen afgestruind te hebben voor een set seas tweeters,een goede set gevonden voor 30 euro en de Elipsons netjes gemaakt met nieuw schuim.
De 1303 is een redelijk goede speaker maar tot nu toe de mooiste speaker als het gaat om pianoklanken, echt frappant.
De Elipson 1303 met helmholtz resonator
De Marantz CD-11 was nog steed in het bezit en inmiddels aangevuld met een bijpassend Marantz DD-92 dcc deck en ST-72 tuner die met hun kenmerkende zamac ( zink aluminium ) zijpanelen en champagne tint elkaar mooi aanvulden.
De Marantz ST-72 Het Marantz DD-92 DCC deck